Lassymbolen eenvoudig uitgelegd

Lassymbolen dienen om technische aspecten van de laswerken te communiceren van de ontwerpers naar de werkvloer, zodat lassers en toezichthouders/inspecteurs weten wat er verwacht wordt. Op deze manier is men zeker dat het eindproduct aan de ontwerpcriteria voldoet.

Natuurlijk is het belangrijk dat tekenaars de juiste symbolen gebruiken en het personeel op de werkvloer ze correct interpreteert. Een goede training is dus cruciaal. Anders gebeuren er kostbare fouten. 

In ons land gebruiken we doorgaans de Europese norm voor lassymbolen (NEN EN 22553). Dankzij deze internationale standaard wordt het makkelijker om laswerken tussen afdelingen en bedrijven te delen, zelfs als die in andere landen gelegen zijn.

Meer info over de NEN EN 22553 norm vind je op nen.nl. 

Meestal voegt de ontwerper lassymbolen toe aan de pijllijn bij meer complexe verbindingen. Hieronder vind je enkele voorbeelden:
1.    V-naad
2.    X-naad
3.    Puntlas
4.    K-naad
5.    Hoeklas
6.    Dubbele hoeklas

Bovenstaande lassymbolen kunnen aangevuld worden met extra aanduidingen om de vorm van het oppervlak te verduidelijken. Die kan vlak, convex (bol) of concaaf (hol) zijn.

Verder hebben we nog symbolen voor de lasnaaduitvoering:

Om zeker te zijn dat de juiste grootte van de las wordt toegepast, is het gebruikelijk om links of rechts van het symbool extra informatie toe te voegen. Denk bijvoorbeeld aan de gewenste nominale keelhoogte of beenlengte.

In een vorig artikel leggen we uit welke soorten laskanten je kan creëren van een vlakke plaat.  De verschillende methoden zorgen voor een sterkere constructie én een kostenbesparing. Lees hier het volledige artikel

Begeleiding op maat?
Kom naar onze showroom,  bekijk het volledige aanbod en test zelf!
Of bel ons op +32 9 377 29 49