Plasmasnijtechnologie ondervindt steeds meer concurrentie van de fiberlaser. Toch is Plasma Solutions als verdeler van Kjellberg Finsterwalde meer dan ooit klaar om de strijd aan te gaan. De nieuwste telg uit de Q reeks, Q4500, speelt immers perfect in op de verschuiving naar steeds zwaardere systemen die de gekende kwaliteit afleveren in het dunne plaatwerk maar ook het dikkere werk probleemloos aankunnen. Plasma Solutions-zaakvoerder Jan van Overbeeke praat ons bij over de belangrijkste evoluties.
Plasma ten dode opgeschreven? Niks is minder waar. Sinds oktober is Plasma Solutions verhuisd naar een nieuwe locatie in Lichtaart.
“De oppervlakte is maal vier gegaan”, rekent Van Overbeeke. “Zo zijn we klaar om verder te groeien.” Want hoewel plasmasnijden in het segment tot 15 mm de hete adem van de fiberlaser in de nek voelt, blijkt net zijn veelzijdigheid een enorm sterke troef. “Omdat plasma dezelfde hoge snedekwaliteit kan geven in zowel dun als dik plaatwerk. Er wordt daarom steeds meer gegrepen naar de high-end zware plasmasystemen. Vooral de nieuwe Q4500 plasmabronnen die Kjellberg Finsterwalde op de afgelopen EuroBLECH introduceerde, zetten nieuwe standaarden, met hun vermogen van 450 A en met de beste snijkwaliteit tot nu toe. Plasmasnijden laat zich bovendien makkelijk integreren in allerlei oplossingen, bijvoorbeeld in robottoepassingen of voor gebruik in allerlei speciale machines. Denk aan profielrobots voor H-balken, buizensnijders of oplossingen voor Holland profielen in de scheepsbouw. Dat zal hun speelveld de komende jaren nog vergroten.”
Ook in dit domein onderscheidt Plasma Solutions zich overigens. Als de Kjellberg Finsterwalde partner in de Benelux en Frankrijk, helpt het klantspecifieke oplossingen uit te denken, indien gewenst. “Bijvoorbeeld met speciale toortsen, slangenpakketten of elektronica. We zien dat de klassieke plasmasnijtafel bij zowat alle machinebouwers steeds vaker uitbreiding krijgt met andere tools om die veelzijdigheid nog te versterken. Zo worden boorkoppen, markeerunits of kanalen voor buizen te snijden geïntegreerd en uiteraard de mogelijkheid om bevel te snijden”, geeft Van Overbeeke mee.
De nieuwe reeksen zoals de Q toestellen zijn bovendien voorzien van uitgebreide mogelijkheden wat connectiviteit betreft.
“Niemand ontsnapt aan digitalisering. Hierdoor kunnen de bronnen rechtstreeks in de machinesturing geïntegreerd worden door middel van EtherCAT-communicatie. Maar het biedt de gebruiker ook alle mogelijkheden om meer inzicht te krijgen in zijn plasmasnijprocessen, bijvoorbeeld naar verbruiksdata, en om vanop afstand ondersteuning te krijgen van de fabrikant voor diagnose, updates en support.”
Want ook op dit domein blijft de plasmasnijtechnologie evolueren. “Stap voor stap proberen we de snijkost per meter verder te reduceren.”Enerzijds door het gasverbruik te optimaliseren, anderzijds investeert Kjellberg Finsterwalde ook zeer veel in onderzoek om de levensduur van de slijtdelen te verhogen. Maar hier gaat het om meer dan louter de plasmabron; een optimale standtijd is een perfect samenspel van de plasmabron met de sturing van de snijtafel of de sturing van de robot. Vandaar het belang van connectiviteit.
“Een extra uitdaging hierbij is de tendens naar het dikker snijden en de daarmee gepaard gaande hoge snijstromen en vermogens die op de slijtdelen inwerken. Maar we werken eraan. Een ander werkpunt is de snijkwaliteit, ook daar zien we een continue evolutie van telkens kleine verbeteringen. Vooral het snijden van kleine gaten krijgt hier veel aandacht. Plasmasnijden is en blijft dus een performante technologie die absoluut zijn plaats heeft in het moderne metaalbedrijf.”
Neem dan rechtstreeks contact op met Plasma Solutions.
Contact opnemen